Verdrinken in een snotterige samenstelling van slijmerige wanhoop en te doorbakken stukjes stress..
Het noodlot dat ons doet snakken naar zuurstof, tijd en bevredigend verlangen.
Haal ons weg bij dit fenomenale onwaarschijnlijke en laat ons zijn wie wij van binnen hopen te zijn.
Voel hoe diep onze grammatica rijkt, hoe hard onze spelling aankomt in de vochtige grotten der vergetelheid. Knallend sperma op de maat van de muziek, al vibrerend in de weemoed van nabestaanden die er eigenlijk nooit hadden mogen komen.
Wij zijn ten dode opgeschreven.
Waarempel is daar toch nog de moed.. de moed die ons nostalgisch doet terugkijken naar het eeuwig durende. Het oneindige dat volgens logische schaal toch ooit ergens op moet houden. Vermoed nooit dat de wetenschap in je vingers ligt, hij verhult zich slechts in de manisch depressieve buien van je welbestaan.
Vergeet niet dat ook jij een roots hebt.
Op magische wijzen kneden de klodders waanzin en regressie zich samen tot een orkaan van samenlopende omstandigheden die ergens toch nooit hebben bestaan. De zwarte onenigheid van het lot doet ons erkennen dat ook elders krakerige botten worden gebroken. Gemarteld. Gewoon om het welzijn van je innerlijk te bevestigen; te laten weten dat je de enige bent die er toe doet.
En dat alles zonder enig gevoel van medeleven.
Het in stand houden van die chaos is de kunst zelve. Accepteer en streel het tot duidelijk wordt dat iedere aanpassing de essentie er uit rukt. De kunst is dan kitch. Enkel bij de oorspronkelijke vorm kan de ware aard van het werk gewaardeerd worden. Mijn spijt dat ik dit uit zijn verband heb weten te slepen zonder enig medeweten van enig ander doet mijn hart schieren van orgasmische onthouding.
Het vet dat wegdruipt uit de verleden tijd is enkel en alleen bedacht om het geheel iets concreets te geven. De onmacht. Grootsheden die aangeven groot te zijn, hebben in vele gevallen niet ingezien dat hun eigen ideologie compleet van de pot gerukt is. Het in ere mogen bestaan van dusdanigheden toont aan dat wij niets anders zijn dan pragmatisch bedoelde biscoopreclames. Waarempel.
Het oog vangt spijtigheden op.
De intense zotheid die sommige mensen tot zich kennen levert op dat anderen zich hieraan dusdanig kunnen storen dat zij de rest van hun leven ineengekrompen ronddolen in kannibalistische dwang. Met als doel hun eigen ik te verslinden kunnen zij aantonen dat ook zij een rol spelen in de melancholische woordvoering van het bestaan zelf.
Ik geef het woord aan u.